Tuinkalender februari

Het gazon zal in februari nog nauwelijks groeien. Daarom is het belangrijk dat je het gras zo min mogelijk belast zodat er volgende maand een gezonde grasmat ligt zodra het gras begint te groeien. Enkele belangrijke punten waarop je moet letten om het gazon in goede conditie het voorjaar in te sturen, hebben we hieronder beschreven:

Betreden: De dagen in februari kunnen lenteachtig zijn, maar het kan ook nog lang en hard vriezen. Daarom zal het vaak voorkomen dat het gazon bevroren is en daarmee erg kwetsbaar zal zijn. Het beste is om in dat geval het gazon helemaal niet te betreden. Grasplanten kunnen bij betreding afbreken en na het dooien gele plekken in het gazon achterlaten. Wanneer dit niet te vermijden is, kunnen er het beste enkele planken op gelegd worden om zo alsnog het gras te betreden. Hierdoor zal de druk van een voetstap zich verdelen over de plank en het gazon niet zo erg belasten.

Onkruid bestrijden: Wortelonkruiden zoals paardenbloem zijn lastig uit het gazon te krijgen. Als alleen het blad verwijderd wordt, zullen ze weer snel uitlopen. Om het onkruid met wortel en al weg te kunnen halen, is een onkruidsteker een handig hulpmiddel. Gaten die in de grasmat achter blijven kunnen gevuld worden met potgrond en graszaad.

Gereedschap: Maaimachines zullen het altijd beter doen als ze goed worden onderhouden. Daarom is het belangrijk ze jaarlijks een onderhoudsbeurt te geven. Wij raden dus aan om het gereedschap naar een specialist te brengen, zodat er in het voorjaar geen tijd meer aan besteed hoeft te worden en er gelijk mee gewerkt kan worden als het groeiseizoen volgende maand begint.

Zolang de grond niet bevroren of te drassig is kunnen (fruit)bomen, (fruit)heesters, klimplanten en vaste planten in container of met kluit het hele jaar door geplant worden. In deze tijd van het jaar zullen de meeste bladverliezende heesters en bomen met kale wortels te koop zijn. Ze zijn een stuk goedkoper dan planten die in pot zijn gekweekt. Zorg ervoor dat je het plantgat ruim genoeg maakt en dat je de ondergrond goed losspit en verrijkt met compost, of in het geval van zuurminnende planten met turf. Zet de beplanting op dezelfde hoogte als deze bij de kweker was geplant. Stamp de grond goed aan bij het dichtgooien van het gat en geef regelmatig water bij droog weer, mits het niet vriest. Zorg dat er bij (fruit)bomen- en (fruit)heesters eerst een boompaal komt te staan op ongeveer eenderde van de stamhoogte, voordat je de plant in het gat zet. Dit om wortelschade te voorkomen wanneer je de paal er op het laatst in zou slaan. Zet de paal altijd aan de kant waar de wind vandaan komt zodat de boom of heester van de paal wordt weggeblazen. Maak de boom vast aan de paal met behulp van speciaal daarvoor bedoelde boomband.

Buiten kan Lathyrus gezaaid worden. Doe dit op een beschutte plek, op ongeveer 1 centimeter diepte. Bedek elke ingezaaide plek met een (zelfgemaakte) cloche. Dit is een glazen deksel waar de warmte onder blijft hangen en licht doorheen komt, om de groei te bevorderen. De onderkant van een plastic fles kan hier ook voor worden gebruikt en is zelf gemakkelijk te maken. Wanneer je in de herfst binnen hebt gezaaid kunnen de plantjes nu buiten worden opgepot. Bescherm de beplanting bij vorst door de potten beschut weg te zetten.

Alle borders kunnnen kunnen in februari voorzien worden met organische meststoffen. Voedingsstoffen hiervan komen langzamer vrij dan bij kunstmest en zullen dus beschikbaar zijn wanneer de planten beginnen te groeien. Verspreidt de meststoffen rond de beplanting en werk deze lichtjes door de grond met een hark of cultivator.

Ook in deze maand kan er nog veel sneeuw vallen en kan deze schadelijk zijn voor de beplanting in de tuin. Grote hoeveelheden kunnen takken van bomen, heesters, hagen en klimplanten belasten. Door de sneeuw er op tijd af te vegen worden de takken ontlast waardoor er minder kans bestaat dat ze zullen breken.

Heesters in pot verdienen wat extra aandacht boven heesters in de volle grond. Omdat vooral grotere struiken water moeten opnemen uit een pot waar niet veel regenwater in terecht zal komen, moet de grond op vochtigheid worden gecontroleerd. Geef in het geval dat het nodig is in de ochtend water, op een moment dat het niet vriest.

Om fruitbomen aan het eind van het jaar mooie vruchten te laten dragen, is het nu belangrijk om een kalirijke meststof toe te dienen. Kalium zorgt voor een betere kwaliteit van de vruchten maar in normale organische meststoffen zitten hiervan geen grote hoeveelheden. Lees de gebruiksaanwijzing voor de hoeveelheden die aangebracht moeten worden en werk de stoffen door de grond rondom de boom tot waar de takken reiken. Daarna kan de grond afgedekt worden met een mulchlaag van stalmest waardoor het vocht in de grond wordt gehouden en onkruid wordt tegen gegaan. Voordat de mulchlaag aangebracht wordt, moet de grond eerst goed nat gemaakt worden als de ondergrond te droog is.

Het groeiseizoen begint bijna en daarmee zit de winter er alweer bijna op. Nu kunnen er weer enkele bomen, heesters en vaste planten worden gesnoeid om ze op die manier rijker te laten bloeien in het komende jaar. Werk altijd met goed onderhouden gereedschap. De belangrijkste snoeitips voor de maand februari zijn:

Bomen: Dakplatanen worden meestal twee keer in het jaar gesnoeid. Rond juni worden de uitgelopen scheuten voor een gedeelte licht geknipt. Deze scheuten zullen in de winter blijven zitten waardoor er niet die hele periode tegen een kale boom aan gekeken wordt. Nu het februari is, kunnen alle scheuten tot aan de basis worden afgeknipt. Hierdoor zal de plataan in vorm blijven en niet te groot worden. De horizontaal geleide takken kunnen met een snoeizaagje ingekort worden als ze te lang worden.

Fruit: Van november tot maart kunnen appel- en perenbomen gesnoeid worden als het niet vriest. Haal hierbij de dikke takken weg die elkaar kruisen zodat de kern open blijft en er geen beschadigingen optreden. Zijscheuten die de fruitboom gemaakt heeft kunnen met eenderde teruggesnoeid worden. Hoofdtakken kunnen worden getopt waarbij je tot drie of vier knoppen weghaalt, zodat het aanmaken van zijscheuten wordt gestimuleerd. Wanneer de boom laag moet blijven, zal de top er uit moeten worden gehaald. Doe dit alleen bij een jonge fruitboom die nog begeleid gesnoeid moet worden.

Heersters: Als het weer het toelaat en het dus niet vriest, kunnen alle bladverliezende bomen en heesters nog worden gesnoeid (zie de wintermaanden). Dit kan beter zo snel mogelijk omdat vogels gaan nestelen en daardoor verstoord kunnen worden. Groenblijvende heesters kunnen nu ook worden gesnoeid in het geval ze volledig winterhard zijn. Choisya ternata is daar een uitzondering van en mag dus pas later in het jaar worden gesnoeid. Haal bij deze soort heesters nu de takken weg waardoor de struik de juiste vorm behoudt. Tot de grond terugsnoeien kan alleen bij soorten die zware snoei verdragen zoals Prunus laurocerasus, Aucuba japonica en Viburnum tinus. Heesters die dit jaar op jonge scheuten bloeien, kunnen nu ook worden gesnoeid. Doe dit door ze vlak boven de grond af te knippen zodat er ongeveer maar 2 knoppen aan een scheut, of ongeveer 2 scheuten aan een stengel blijven zitten. Voorbeelden van deze soort heesters zijn:

• Buddleja davidii
• Caryopteris clandonensis
• Ceanothus burkwoodii
• Santolina
• Ceratostigma
• Lavatera
• Leycesteria

Klimplanten: Laatbloeiende clematissoorten kunnen tegen het einde van deze maand worden gesnoeid. Dit is een relatief makkelijk klusje omdat alle stengels op zo’n 25 tot 50 centimeter boven de grond en boven een gezonde knop moeten worden afgeknipt. Soorten die op deze wijze gesnoeid moeten worden zijn de Clematis orientalis, de Clematis texensis en de Clematis viticella.

Jasmijn en winterjasmijn worden ook nu, maar niet op dezelfde manier, gesnoeid. Waar je bij jasmijn alleen enkele hoofdtakken tot aan de grond verwijdert, moeten bij de winterjasmijn alle zijtakken tot ongeveer 5 centimeter van de hoofdtakken worden ingekort. Doe dit wel pas nadat de hoofdtakken zijn aangebonden en het dood en beschadigd hout verwijderd is voor meer overzicht. Vaste planten: Nu de meeste planten weer beginnen te groeien en de winter tegen het einde loopt kunnen alle dode plantendelen worden verwijderd die in de winter nog een decoratieve functie hadden. Er zullen snel groene scheuten voor in de plaats komen. Om winterheide compact te houden moet deze direct na de bloei worden gesnoeid. Dit gaat het makkelijkst met een heggenschaar waarbij je de heide tot aan de onderkant van de bloemstelen afknipt. Hierdoor zullen ze minder snel uit elkaar vallen waardoor de plant kaal in het hart zal worden.

Door vroeg in het jaar al opkomende onkruiden te verwijderen, zal dat ongelofelijk veel moeite in het voorjaar besparen. Op dit moment zal het nog niet zo hard groeien, maar probeer het toch te verwijderen voordat het de kans krijgt om zich te ontwikkelen. Probeer daarbij de onkruiden met wortel en al uit de grond te trekken. Haagwinde is een hardnekkig onkruid waarbij dit helaas weinig zin heeft. Op elk punt waar de wortel zal breken komen nieuwe plantjes uit dus daarmee vergroot je het probleem alleen maar. Het blad kan daarom het beste bespoten worden met biologisch afbreekbaar bestrijdingsmiddel waardoor de volledige plant zal afsterven. Uitgebloeide bloemen van winterviolen moeten worden verwijderd om de bloei te verlengen. In dat geval is de naam niet heel toepasbaar meer omdat ze dan tot vroeg in de zomer door kunnen bloeien, als de dode bloemen maar steeds worden weggehaald.

Net als in januari valt er ook in februari nog niet veel te doen aan de vijver. Het enige waar eigenlijk op gelet moet worden is dat de vijver niet lange tijd dichtgevroren blijft, omdat vissen dan door zuurstofgebrek kunnen sterven. Er moet dus voor zuurstof gezorgd worden. Dat kan door middel van een verwarmings- of waterelement waardoor het oppervlak niet kan bevriezen, of leg er een rubberen of plastic bal in zodat daarmee het uitzetten van het ijs opgevangen kan worden en na het weghalen er een wak in het bevroren water zit. Maak nooit een gat in het ijs met een stok of ander voorwerp waarmee de vijver kan worden beschadigd, maar smelt er een gat in met bijvoorbeeld een pan heet water.

Fauna in de tuin

Om te zorgen dat tuinvogels terug komen en ze de winter makkelijker zullen overleven, zal er een handje geholpen moeten worden door ze te voeren en water te geven. Vogels hebben hier vooral veel baat bij wanneer de grond en het water bevroren is, of als er een pak sneeuw ligt. Leg na het water geven een stuk gaas over de schaal met water zodat het niet als bad gebruikt wordt. Voer hang je op of strooi je op een voedertafel of in voederhuisjes, ver genoeg van het huis zodat ze niet afgeschrikt worden. Omdat er ook vogels zijn die hier niet makkelijk bij kunnen komen, kan er ook wat voer op de grond worden gestrooid. Let hierbij wel op dat er geen voer op de grond blijft liggen, omdat dit ongedierte aan kan trekken. Voorbeelden van voedsel voor tuinvogels zijn zaden, vetbollen, vruchten, noten, pinda’s, broodkorsten en appels.

Nu het voorjaar er aan komt, zullen ziekten en plagen weer van zich laten spreken. Op een biologische of chemische manier kunnen die worden bestreden. In deze rustige tijd van het jaar is het eens goed om de opgeslagen bestrijdingsmiddelen te controleren. Oude restanten of open verpakkingen kunnen het beste opgeruimd worden door ze weg te brengen naar een chemisch afvalpunt. De inhoud door de gootsteen spoelen of in de tuin verwerken kan heel slecht uitpakken.